Telegraaf
11 november 2007
Vrooommm, een looping. En nog een. En nog een. Het is maar goed dat er in het speelgoedvliegtuigje van de 4-jarige Thomas Verstoep geen echte passagiers zitten. Het jochie met zijn kale koppie is helemaal door het dolle heen. Op uitnodiging van de stichting Hoogvliegers maakt hij straks een rondvlucht in een super-de-luxe zakenjet. Net als dertien andere chronisch of terminaal zieke kinderen. ,,Mam, ik heb er zo’n zin in. Wanneer stijgen we op?”
Bij hoge uitzondering wordt rondje om verkeerstoren Schiphol gemaakt Stichting Hoogvliegers bezorgt zieke kinderen onvergetelijke dag Vliegen over een RODE LOPER Jochie dat in de lucht honderduit praat, blijkt autistisch door COEN SPRINGELKAMP |
|||
SCHIPHOL – Met een lijnbus worden veertien kinderen en vier begeleiders over het platform op Schiphol-Oost naar de fonkelende Dornier 328 gereden. Voor de bus rijdt een dienstauto met blauwe zwaailichten slalommend tussen de toestellen van de rijken der aarde. De kinderen glimmen. De stichting Hoogvliegers wil chronisch of terminaal zieke kinderen een zeer speciale dag bezorgen door met hen te gaan vliegen. Iedere dag, vanaf ieder vliegveld in Nederland. „We halen ze op in het ziekenhuis en brengen ze naar het dichtstbijzijnde vliegveld. We doen niet alleen een rondvlucht, maar laten de kinderen, als het even kan, ook zelf sturen”, zegt oprichter Jeroen Engelkes. Hij hoopt jaarlijks circa 500 kinderen een onvergetelijke dag te bezorgen. Uiteraard kost hun dat niets. Binnenstad Vandaag is dat een rondvlucht met een zakenjet van Solid aiR. Eenmaal in de lucht trekt gezagvoerder Milan Hoekman de Dornier in een steile bocht. Over een denkbeeldige rode loper raast de witoranje gekleurde zakenjet – met toestemming van de luchtverkeersleiding – met dik 250 kilometer per uur over de binnenstad van Amsterdam, haar grachten, rondvaartboten, Centraal Station en het IJ. De minivips aan boord drukken hun neuzen zo stijf tegen de ruiten dat ze er bijna doorheen gaan. ,,Wat zijn de treinen klein!” Jeroen Engelkes, zelf piloot bij Transavia.com, kwam een half jaar geleden op het idee om zieke kinderen met hulp van collega-vliegers en sportvliegtuigen niet alleen een onvergetelijke, maar vooral onbezorgde dag te geven. „Ik ben intens dankbaar dat ik twee gezonde kinderen heb. Daarom wilde ik iets doen voor chronisch en terminaal zieke kinderen”, aldus Engelkes. „Ze leveren dagelijks een strijd waar velen geen besef van hebben. Daarom willen we ze iets geven wat zelfs voor ’gewone’ kinderen niet is weggelegd.” Van Amsterdam gaat het in een ruime bocht naar het eiland Pampus, waar de piloot de kinderen een korte VOC-geschiedenisles geeft. Daarna richting vestingstad Naarden, die er van boven nog mooier uitziet dan op de grond. „Het is net een puzzel met al die hoeken en punten”, weet de 12jarige Roel van Spreuwel, die het stadje met zijn digitale camera probeert te vangen. Op de stoel voor hem zit de 4-jarige Jonathan Jacobs uit Bodegraven. Hij vliegt, net als de helft van de andere minivips aan boord, voor de eerste keer in zijn leven. Het jochie, dat bijna verzuipt in de grote leren fauteuil, drukt zijn neusje stevig tegen het raam om niets te hoeven missen van de kleine wereld beneden hem. „Zooo, een echt kasteel met ridders. En daar allemaal zeilboten. Wat is het allemaal klein”, roept Jonathan wanneer het toestel over het Muiderslot vliegt. De 4-jarige passagier geniet intens en babbelt honderduit. Dat het vliegtuig door turbulentie flink schudt en ook de vleugels vrolijk meedoen, doet hem niets. Ook niet een klein beetje misselijk? „Nee, het geeft juist wel een lekker gevoel in je buik als het vliegtuig heen en weer gaat. Maar ik krijg er wel een beetje dorst en trek van”, roept de hummel boven het geluid van de propellers uit wanneer hij de charmante stewardess in het vizier krijgt. Champagne Hoewel hij nog nooit eerder heeft gevlogen, weet hij precies bij wie hij moet zijn voor iets lekkers. „Als we zijn geland, krijgen jullie speciale Jip & Janneke-kinderchampagne”, zegt stewardess Yvonne Hendrikx. Jonathan glundert. Terug op de grond is hij aanzienlijk stiller. Hij lijkt dwars door de mensen om hem heen te kijken. Met uitzondering van zijn moeder Marleen lijkt hij de wereld om hem heen compleet te negeren. Aan boord had Jonathan aanzienlijk meer praatjes. Tong verloren of stiekem toch een beetje misselijk? „Nee hoor”, legt Marleen uit. „Jonathan is autistisch, legt moeilijk contacten en leeft in zijn eigen wereldje. Dat hij honderduit tegen wildvreemden praat, heb ik nog nooit meegemaakt. Kennelijk voelde hij zich helemaal vrij en op zijn gemak.” Het bestaan van de stichting Hoogvliegers ging als een lopend vuurtje over alle vliegvelden in Nederlanden. Piloten boden zichzelf en hun toestellen massaal aan om kinderen rond te vliegen. Stichting Hoogvliegers vergoedt alleen de brandstof en start- en landingsgelden als de vliegers daar om vragen. |
• Wat vrijwel niemand lukt, lukt de stichting Hoogvliegers wel: een rondje om de verkeerstoren. ,,Ze zwaaien terug!" • Genieten in de cockpit! De 8-jarige Hanne-Ruth Roos , die als baby haar gezicht verbrandde, is voor eventjes de copiloot van gezagvoerder Milan Hoekman.
Engelkes: „Iedere euro die we van donateurs en sponsors krijgen, gaat op aan het vliegen. Punt. De piloot krijgt zelfs geen kopje koffie of broodje kaas aangeboden.” Aan vliegers en vliegtuigen vooralsnog geen gebrek, aan geld wel. Hoogvliegers heeft voor een vlucht per kind ongeveer 100 euro nodig. |
||